kleine wals
Bennie speelde Friese liedjes op zijn accordeon. Liedjes zoals pake Sjoerd en beppe Anne, pake Jan en beppe Anna die vroeger zongen bij de viool. Over een eenvoudig leven en een hoop plezier. Over zingen en dansen. Over ware liefde en vervlogen tijden.
De mensen kwamen langs de kist voor een laatste glimp of groet. De schaatsen waarop ze alles had gewonnen lagen aan haar voeten. De mensen gingen zitten, werden stil. De kleinkinderen ontstaken hun kaars aan die van hun beppe.
Woorden klonken, in het Nederlands maar al gauw in het Fries, haar taal. Dat paste beter. Ze spraken van lang geleden, van werken op de boerderij, van zorg en verantwoordelijkheid. Kleine verhaaltjes van gezellig en van niet bij de pakken neerzitten. Ze deden hun best haar tot leven te roepen. Ieder goed woord maakte het verschil tussen wens en werkelijkheid groter.
Het kleine gezin kroop om haar heen en sloot de kist. Legde bloemen.
Bennie speelde. De schaatsenrijderswals. Voorzichtig dansend gingen we de zaal uit.
Reageren is niet mogelijk