de borstrok
Jongens en meisjes, of je het gelooft of niet, jullie papa’s en mama’s kregen vroeger een borstrok aan als het buiten koud was. Een gebreid wollen soort-van-hemd dat óver je hemd moest. Meestal was het door oma gebreid, van restjes wol. Oma breide wat aan de harde kant. Soepele lapjes kwamen niet uit haar handen.
Was de borstrok versleten of te klein dan werd hij uit elkaar gehaald. Als je aan een losgehaald draadje trok kon je zó – trrrrr – de hele borstrok aftrekken. Zo heette dat. Het was een kringelig draadje, dat je dan tot een bolletje kon opdraaien. Oma breide er dan een nieuwe borstrok van. Die was meestal net zo krap als de oude. En net zo stug.
Het was een heel gedoe om de borstrok aan en uit te krijgen. Over je hoofd, dat eigenlijk niet door het gat paste. Fris was het ook niet, en de gehaakte randjes schuurden op je vel. Was je verkouden, dan kreeg je eerst een vettig smeersel op je borst, dan je hemd aan, dan je borstrok, soms een flanellen lap ertussen en daaroverheen je pyjama, die op die manier natuurlijk ook te strak zat. En dan maar zweten. Onze papa en mama (en de dokter) dachten dat dat goed voor ons was.
Nou, groot zijn we wel geworden.
Reageren is niet mogelijk