geheim

Opa’s horloge heb ik geërfd. Er was iets mee, maar wat. Ik op onderzoek. Raampje open. Dat gaf een heel kwetsbaar gevoel, dat je die dunne wijzers zomaar zou kunnen aanraken. Ze bewegen en misschien per ongeluk buigen zodat het nooit meer goed kwam. Raampje gauw dicht. Achterkant. Eerst met de nagel, die scheurde. Toen met een aardappelschilmesje. En zowaar, deurtje ging open. Er stond gegraveerd: PERFECTA – montre de précision, Médaille d’or. Ertussen vijf goudkleurige rondjes met het jaartal 1902. Tegen het deurtje zat een rond stukje vergeeld papier geklemd: E. Wieringa Hz. Horlogemaker, Leens. Opa’s vader, mijn overgrootvader. Ik heb het er voorzichtig uitgepulkt, dat het niet scheurde. Op de achterkant stond met potlood geschreven: 2 december 1909. Schoongemaakt 15 januari 1924. Erachter zat nóg een briefje. En toen herinnerde ik me welk verhaal erbij hoort. Daar stond in heel oude drukletters een getal op: 20. Daaronder het woord: Twinti. Een stukje eraf, vanwege het rondknippen.

Als jongen moest opa loten voor militaire dienst. Wie ingeloot werd werd militair, wie uitgeloot was niet. Dit was opa’s lotnummer. Hij hoefde niet onder de wapenen. Hij was vrij en begon zijn horlogewinkel. Die bestaat nog steeds, binnenkort honderd jaar. Hij heeft zijn lot bewaard, niemand die wist waar het was. Ik wel. Nu.

De cijfers hebben hun betekenis gekregen. Het voelt een beetje bloot. Zomaar een oude schat ontdekken en openbaren. Op internet nog wel. Moet ik het niet weer terugleggen, dichtdoen en erover zwijgen? Maar na mij weet niemand meer de betekenis van de cijfers. Is het niet iemands opa meer.

Ik moet daar eens goed over nadenken.

Reageren is niet mogelijk